De pionoffers van ploeg 1

 

Afgelopen zondag was het weer interclub. Deze keer naar Brasschaat. Niet onze verste match, want we mogen nog naar Westerlo en Mons ook. De eerste ploeg van Brasschaat is een interessante ploeg. Enkele jaren geleden speelden ze nog in eerste klasse, maar door verlies van veel spelers lieten ze zich vrijwillig zakken naar derde klasse. Daar werden ze vorig jaar kampioen. Dit jaar spelen ze om zich te redden, maar ze hebben wel een verraderlijke ploeg.

De ploegen waren op papier aan elkaar gewaagd, maar we begonnen toch met een nadeel. Toen ik binnenkwam in de speelzaal was het openingswoord al begonnen, en was enkel Alexander aanwezig. Wij kwamen gelukkig net toe en er zat dan toch al meer dan een halve ploeg aan de borden. Een kwartiertje na aanvang was iedereen er, en konden we beginnen.

Beginnen doe ik op de laatste borden. Robbert kwam goed uit de opening, en mocht een koningsaanval beginnen zonder iets van materiaal te geven. Hier rekende ik eigenlijk al op een winst voor ons, aangezien er ook niks van tegenspel was voor zijn tegenstander.

Bij onze jonkies stond het gelijk. Bij Pjotr was er nog weinig gebeurd, maar Alexander had wel al een mentale klap gekregen. Hij kreeg dan wel zijn verwachte tegenstander op het bord, maar hij kon zich zijn voorbereiding in licht benevelde toestand van vrijdagavond niet meer herinneren.

Er waren deze ronde veel pionoffers, de eerste kwam van Joris. Of het een goed offer was is zeker te betwijfelen, maar eigenlijk was ik wel fan van zijn stelling. Hij had geen concrete compensatie, maar zette de stukken van zijn tegenstander bijna volledig vast. Het pionoffer van Lennart was gewoon niet goed. Hij ging in een hoofdvariant de mist in, al had zijn tegenstander wel zwakke pionnen.

Ward offerde ook een pion, maar in ruil daarvoor stond de koning van zijn tegenstander wel op e2. Genoeg compensatie dus. Ook Dries kwam goed uit de opening, al had hij geen voordeel. Ik had een voorbereiding op het bord, dus kende de plannen beter dan mijn tegenstander.

De eerste die klaar was, was Pjotr. Bij onze benjamin ging het van kwaad naar erger, in de autorit was hij kort over zijn partij. Hij sprak de bedroevende woorden: "Ik kan gewoon geen interclub." Volgende keer zal hij zich wel herpakken.

Gelukkig was er Ward. Na zijn teleurstellende eerste ronde was dit een goede partij. Na sterk spel kwam hij in onderstaande stelling.

Ward heeft hier veel goede opties, maar koos voor 20...Pa2 21 Dd3 Da4+ 22 Kd2 Pc1!! en wit moest een kwaliteit geven. Niet veel later won hij ook.

Ik moet zeggen dat ik vanaf hier niet weet wat de volgorde van de partijen was, ik weet alleen dat Dries en ik het langste speelden. Dus hier wat er gebeurde, zonder de volgorde.

Lennart kon zijn pion achterstand niet waarmaken, en verloor. Hij was zelf niet tevreden van zijn partij, volgende keer beter.

Alexander haalde een remise. Hij kwam in een IQP-stelling, maar had niet veel in de pap te brokken. Hij stond de hele partij minder, tot onderstaand moment.

Zwart kan hier voordeel halen door dames te ruilen met 24...Dd2, en na de dameruil staat de toren heel actief. Zijn tegenstander koos voor 24...Dc4 wat niet slecht is, maar zijn voordeel gaat weg na 25 La2+ Kg7?! Deze 'blunder' zorgt er voor dat het gelijk staat. Het was beter om naar f8 te gaan, want dan houdt de koning de pion op e5 beter tegen en komt straks de witte toren op d7 niet binnen met schaak.

Gelukkig werd er ook gewonnen. Robbert kwam steeds beter te staan, won ook materiaal en maakte het goed af. Het was lang geleden, maar het deed deugd dat Robbert nog eens kon winnen. Een partij zonder iets op aan te merken, meer van dat!

Joris won ook. Hij bleef steeds veel druk zetten op de stelling van zijn tegenstander, maar zag niet waar de doorslag kwam. Volgens Joris kwam het door een blundertje in een stelling die wellicht gelijk was.

Dries dacht de hele partij beter te staan, maar dat is niet waar. Zijn laatste zet was iets te onbesuisd Tb1, waardoor f2 zwak wordt. Na 27 Db7 Lxf2 28 Kh2 Da3 werd er herhaald met met Tb3-Dc1-Tb1-Da3. Maar zwart moet eigenlijk doorspelen, Dc1-Dg5 is een winnend motief. Maar makkelijk was het zeker niet. Zo stond het 3-4 in ons voordeel met enkel uw favoriete reporter nog bezig.

In deze stelling had ik zwart, en hadden we net de tijdcontrole gehaald. Hier kan ik een zettenherhaling forceren met Tb2-Tb1, maar ik wou meer. Met een 3-4 voorsprong is dat niet flink, ik weet het. Na lang nadenken koos ik voor h4, ook een pionoffer. We speelden verder (ik negeerde ook nog enkele zettenherhalingen) en in tijdnood gingen we naar een eindspel. Mijn tegenstander miste nog wel een winstkans, maar koos voor de 'veilige' optie. Helaas voor hem was dat de foute optie, want door tactische motieven was het eindspel winnend voor mij.

Zo winnen we opnieuw met 3-5, een mooie score. Volgende keer thuis tegen Wetteren, we hopen onze goede start door te zetten.

Tot de volgende keer!

Je kapoen
William