Clubkampioenschap Lokeren: A-reeks Ronde 1 & 2

03-03-2014
Met enige fierheid kondig ik volgende nieuwe verslaggever aan, namelijk Raf (Van Marcke). Hij zal af en toe een verslag(je) schrijven over de competitie van de A-reeks. Hieronder vind je alvast zijn eerste verslag. Veel leesplezier!

LSV Clubkampioenschap Reeks A:

Hoewel ik nu nog maar amper een half jaartje deel uit maak van de etablissementen van de club, hoop ik dat mijn gezicht al een beetje herkend wordt en de meesten toch al een flauw vermoeden hebben van wie ik ben. Ik ga dus geen voorstelling van mezelf doen, het zou trouwens ook niet de moeite van uw aandacht en mijn tijd zijn om over mezelf te schrijven, er zou al snel weggeklikt of –geswiped worden. Wie vragen over me heeft die vindt me wel om ze te stellen, en wie de confrontatie niet aandurft kan het altijd via Ferry eens vragen (die heeft me enkele jaren terug al wat jaren overleefd J ) De voorbije maanden heb ik me alvast goed geamuseerd in de LSV-Chesspirant club en ben ik op de valreep er in geslaagd de eerste reeks van de clubcompetitie te bereiken (bedankt trouwens Timothy om deze tot 12 uit te breiden, want met 8 viel ik er heel nipt uit :-p). Maar misschien is het feit dat ik nog een halve buitenstaander ben wel een goeie positie om de anderen te bestuderen. Laat ik me dan ook eens wagen aan een verslagje. Eerst en vooral, no offence  – Maar die clubnaam, hoe edel en correct ze ook is, krijg ik maar steeds niet uit mijn vingers geperst. Niet zozeer omdat ik iets tegen LSV of Chesspirant zou hebben, maar eigenlijk heb ik weinig of geen affiniteit met beide ex-clubs en ik hou er ook niet van om iemand zomaar in een (historisch) laatje te steken. Dus gemakshalve zijn jullie (sorry, wij) allen deel van een “schaakclub met speellocatie in Lokeren” (wat competitie betreft alvast, uiteraard zijn er ook vele organisaties, opleidingen, lessen in Merelbeke en andere locaties). Om dat alles wat eenvoudiger te maken, en tegelijker tijd in te spelen op de moderne tijd van internet, tablets, iphones, googlewatches en dergelijke meer, ook wat gemoderniseerd, geangliciceerd (?),geanglicaniseerd (?), allez verengelst tot Chessclubcompetition Lokeren (ja sorry, zelfs Google translate geeft geen enkele vertaalvariant op Lokeren). De oudere generaties zouden CCC Lokeren niet echt aanvaarden, alhoewel sommige bezoeken van “den interclub” of jeugdtornooien wel een gelijkaardig effect gehad hebben. Daarom kortweg CL. Dat we hierbij totaal ongewilde associaties leggen met de Champions League is helemaal onverwacht en niet gepland, al kunnen we daar de komende jaren wel wat meer werk van maken J Soit, terug even de draad oppikken (tiens, zou ik in mijn partijen ook steeds zover afwijken van de werkelijkheid?); we wilden het hier eigenlijk hebben over de competitie. Laat ons dan alvast eens beginnen met een blik op de eerste twee ronden:

Indrukken na de eerste ronden

Tja, ik weet het, ondertussen zijn we al twee ronden verder, zijn de eerste uitslagen al binnengesijpelt, de eerste verrassende feiten al op het bord gekomen, de eerste bomen al geveld? Een typische competitie eerste ronde is een ronde waarbij de tegenstand afgetast wordt, openingen verkend worden, de studie-ronde … Maar in een enkelrondig tornooi gaat die vlieger niet op en wordt er direct met vuur gespeeld. En er werden al direct twee dingen duidelijk: De topspelers gaan het niet gemakkelijk krijgen, en de witspelers kunnen niet echt voordelen uitbouwen. De enige die zich de eerste ronde makkelijk uit de opening naar de overwinning werkte was Kurt, al moet het gezegd dat hij haarfijn gebruik wist te maken van enkele positionele onnauwkeurigheden van zijn tegenstander. Timothy daarentegen moest al onmiddellijk aan den lijve ondervinden hoe moeilijk het kan zijn om met een beperkte tijd een degelijk opgezette opening te weerleggen. Misschien iets te geforceerd voor ingewikkelde stellingen gezocht met de lange rochade, maar dit kwam blijkbaar eerder in zijn nadeel uit. William wist een voordeel uit te bouwen uit de zwakkere koningsstelling van zwart. Ik heb zelf de kans niet gehad om de stelling van dichtbij te bestuderen, maar ik vermoed dat er toch wel winstkansen in hebben gezeten. Maar Timothy heeft op basis van inzet en ervaring toch noch de bakens kunnen verzetten, alhoewel niet helemaal, verder dan een remise raakte hij niet meer. En daarmee moest hij zijn eerste halfje toegeven, en kwam mijn voorspelling over William al onmiddellijk uit. Ward zal wel even in zijn vuistje gelachen hebben dat één van zijn pupillen hem een handje had geholpen. Maar de laatste voorronde-partij indachtig, weet hij zelf ook wel dat iedereen dit kan overkomen… zelfs de besten J En terwijl Guido en Gaspard een goeie getrouwe loopgravenoorlog aan het uitvechten waren ( die in en gelijkspel uitmondde, ook al dacht ik dat Guido misschien toch wat voordeel had kunnen halen) speelde een klein drama’tje zich af tussen Frans en Maxim. Op een oerdegelijke manier had Frans zijn opstelling zet per zet verbeterd en ondanks het ongemakkelijke speeltempo een duidelijk voordeel behaald. Maar het moment waarop hij dat voordeel incasseerde in de vorm van een kwaliteit, bleef hij nog zitten met een stelling waarin zijn jonge uitdager nog wat truukjes kan uitproberen. Maxim maakte handig gebruik van het tijdsvoordeel en bleef Frans onder druk zetten. En na enkele malen de betere voortzetting gemist te hebben door tijdsgebrek om alles nauwkeurig te bestuderen, viel de bijl dan toch, niet in de vorm van de oude vlag bij de mechanische klokken, maar als een paardvork op het bord. Spijtig voor Frans die zeker de winst verdiende, maar het was het opportunisme van Maxim die met het winstpunt ging lopen. Op het laatste bord tenslotte (want de partij tussen Ward en Wahid werd uitgesteld) speelden de “ex-SGW’ers (Singielischwaaseneirs J ) een verbeten strijd. Al werd er af en toe gemelijk gepalaverd over het trage tempo waarin de strijd zich ontwikkelde op het bord, het was een teken van de zware psychische strijd die tussen beiden afspeelden. Tussen oude bondgenoten en strijdmakkers gaat het niet zozeer om die “pionnekes” of “open lijnen”, maar over het “zich goed voelen in de stelling” wat dan kan overgaan in het “initiatief” om de tegenstander “efkes dood  te knijpen”. Uiteraard met alle respect; de electrodes, notenkrakers, neuspincetten en andere foltertuigen zijn verborgen tussen de loper op e3 en het paard op f6 en niet zichtbaar voor toevallige voorbijgangers. En dan gebeurt het onwaarschijnlijke, Ferry stelde remise voor … blijkbaar voelde hij zich dan toch niet te goed in zijn vel, en had hij al een twintigtal zetten gevochten tegen een onzichtbare bierkaai (neen ’t was gene Vedett, anders had hij er wel weg mee geweten). Maar wat volgde was nog onwaarschijnlijker: zijn tegenstander weigerde… En eigenlijk zou ik hier gewoon het artikel moeten stoppen, want normaliter is de afloop dan al geweten. Remise weigeren tegen Ferry doe je gewoonweg niet. Beelden van tegenstrevers die dit in het verleden hebben geprobeerd schieten door het geheugen, jammerende en huilende hoopjes ellende die maar niet konden begrijpen waar ze net door die bulldozer werden gegrepen en platgewalst werden, plasjes bloed en wat botresten die achtergebleven zijn op de stoel achter het bord, terwijl er van de eens olijke kerel die daar zat geen spoor meer is te vinden, terwijl Ferry grijnzend met een big smile de laatste restjes van de koning met een tandenstoker wegwerkt. Maar toch, deze keer gebeurde het niet zo, of toch niet helemaal … terwijl er steeds meer mensen af –en aankwamen naast het bord van deze laatste gladiatoren, werd Ferry langzaamaan in een moeilijkere stelling gedrukt, totdat er een toreneindspel op het bord kwam waarin hij één van die ronde houtjes over de rand zag verdwijnen. Gelukkig was zijn tegenstrever niet zo’n bonk van onverzettelijke kracht, en kon Ferry nog net op de smalle rand van de afgrond blijven verder vechten zonder over het laatste randje geduwd te worden. De tijdnood werd aan beide kanten steeds penibeler, tot plots ook de tegenstrever van geen hout pijlen meer wist te maken en Ferry zijn hand schudde. Het tandenstokertje was er deze keer niet bij, maar wel de “big smile” dat hij toch nog een remise uit de brand had gesleept J   De tweede ronde kondigde zich dus vol spanning aan, alhoewel ook hier geen directe confrontatie tussen de kroonpretendenten plaatsvond, was de strijd toch levendiger dan ooit. Ward bleef vasthouden aan de tactiek van de schijnbewegingen en schaduwgevechten en verkreeg weer een uitgestelde partij. Zo kon hij afwachten hoe zijn tegenstanders het zouden doen. Maar ik ben er van overtuigd dat deze tactiek niet vol te houden is tot het einde, eens zal hij toch aan het bord moeten komen zitten ;-). Timothy nam weerwraak op zijn verloren halfje, slachtoffer van dienst was Wahid, die nog redelijk uit de opening kwam, maar toen vaststelde dat zijn stukken absoluut niet samenwerkten en de paardjes van Timothy overal zijn vesting binnenvielen. Patrick weerde zich als een duivel in een wijwatervat (kent de jeugd van tegenwoordig dat nog?) maar Guido ’s overtuiging van zijn gelijk werd duidelijk verzinnebeeld door zijn stelling: hij doorkliefde de vijandige koningsstelling alsof hij zelf het zwaard der gerechtigheid was en joeg de laatste verdedigers over de kling. Iets verderop was een strijd tussen verschillende generaties gaande, maar Gaspard moest aan der lijve ondervinden dat een goeie openingsvoorbereiding al de helft van de partij kan betekenen. William bouwde het bereikte overwicht goed uit en en diepte de generatiekloof steeds verder uit. Het brengt de jonge speler mee aan kop van de rangschikking waar hij met zijn “alles-of-niets” stijl op verkort speeltempo nog voor slachtoffers kan zorgen. Van de partij tussen Ferry en Maxim heb ik niet zoveel kunnen zien, en ik vermoed Maxim zelf ook niet zo. Al onmiddellijk begon de druk van Ferry in het centrum enorm door te wegen. En door de zwakke positie van de nog niet gerocheerde koning werden de mokerslagen van zijn lopers en paarden steeds harder en moeilijker te ontwijken. Dit was geen schaakpartij, maar een boksmatch. Maxim zag uiteindelijk in dat dit niet te overleven was. Wat ons brengt bij de laatst overgebleven partij, waar Kurt voor de moeilijke opdracht stond om met zwart één van die moeilijke obstakels te omzeilen. Tot onze eigen verbazing kwam Kurt eigenlijk niet echt goed uit de opening (wat toch zijn terrein is) en werd hij wat verrast door de partij opzet van zijn tegenstander (terwijl meestal net hij door de variantenkeuzes de partij in een bepaalde richting dirigeert). Na een wat mindere keuze (b6?) in een stelling waar fritz ook niet echt graten inzag, moest hij opteren voor een variant waarin hij een pion prijsgaf maar ongelijke lopers op het bord hield. Hij offerde nog een tweede om meer tegenspel te krijgen op de ondertussen half-geopende b-lijn, maar zijn tegenstrever hield het hoofd koel genoeg om die tegenactie te blokkeren. Toen Kurt zijn laatste wapen in de strijd gooide, de oprukkende a-pion, bleek dat kleinood van de tegenstander op de h-lijn net een zet sneller de aandacht op te eisen en de gevaren van zijn koningsstelling bloot te leggen. De hierop volgende koningsaanval kon hij niet meer ontwijken, noch overleven. Al bij al begint de competitie zich in een bepaalde vorm te gieten… kan Ward boven dit alles uitstijgen en met overwicht de rest op een hoopje spelen? Of gaat ook hij ondervinden dat niet alles zo eenvoudig te winnen is en wordt het een strijd van wie er het minste puntjes weggeeft … Benieuwd of deze trend zich verder zet de komende rondes. Raf