De start was beter...

Mijn eerste Olympiade ooit startte erg goed. Met 3 uit 4 voor de rustdag. Verlies van 2320 en al een winst tegen 2009 was ik al heel tevreden. Op voorhand had ik namelijk gedacht dat het als zwakste speler van het team het erg moeilijk zou zijn veel punten te scoren. Eens je gelijke tegenstanders krijgt en hun ratingverval minder groot is dan ben ik toch altijd de spreekwoordelijke zwakke schakel. Helaas kwamen er in de daaropvolgende 4 partijen geen punten meer bij. Dat is natuurlijk wel een beetje jammer…

Maar dan moet je als schaker in plaats van het hoofd te laten hangen best nadenken hoe het komt dat je die partijen verliest en daaruit proberen leren.

In ronde 6 kwam onze ploeg uit tegen Jordanië die elogewijs zwakker is. Ze speelden echter wel met een tactische opstelling waarbij ze van zwak naar sterk zaten (ipv het logische van sterk naar zwak). Ik kwam zeker oke uit de opening tegen Alshaeby Boshra (1979) maar miste dan een variant waardoor ik positioneel niet veel meer kon doen behalve afwachten tot de partij gedaan was. Deze dame speelt weliswaar nog mee voor de bordprijzen op bord 5 doordat ze de maximumscore nog heeft na ronde 10 en in ronde 11 een 1734 treft.

Onlogische bxa5
Wit (ik dus) speelt het onlogische bxa5 omdat ik daarna plande met Tb1 en Tb7 te infiltreren.
Hoe profiteert zwart van deze fout?

In ronde 7 had Guatemala ook zo’n tactische opstelling en mocht ik tegen een Silvia Carolina Mazariegos (1922) met al heel wat jaren ervaring op de teller. Door een andere volgorde in de opening was ik al snel op mezelf aangewezen, wat nog wel goed lukte maar ik wilde teveel doen met de stelling terwijl dat niet nodig/goed is.

Afwachten is de sleutel
Het ongeduldige f5 wordt hier zwaar afgestraft. Welke rustige zet is oke in deze stelling?

Ronde 9 mocht ik weer aantreden tegen Meilin Hoshin (1533) een 13-jarig meisje van Japan. Misschien ontmoet Tyani haar ook nog wel op het WK jeugd in Griekenland. Ik had wat voorbereid tegen het Scandinavisch maar daardoor vergeten om tijdens de eerste zetten ook effectief na te denken. Zo kom ik in een stelling terecht waarin ik ofwel een zet verlies, ofwel een pion verlies. Bij de pion achterstand hoort ofwel het plan om de dame op te sluiten ofwel het plan om op activiteit te spelen. Na een half uur rekenen had ik gekozen maar niet goed gekozen...

To chase or not to chase
Wit aan zet speelt en ...?

Ronde 10 bracht een duel der lage landen tegen Nederland. De Nederlandse dames zijn toch wel honderden elopunten sterker dan ons team. Voor mezelf was de kloof meer dan 450 elo tegen Iozefina Paulet. Ik had voornamelijk op het Frans voorbereid, maar wist dat ze ook nog Najdorf gespeeld had. Dat bekeek ik even snel. Helaas iets te snel, want dat kwam op het bord en ik was niet vertrouwd genoeg met de stelling zodat ik al snel erg goed moest kijken wat ik wou doen en dus gewoon ruim tekort kwam om weerwerk te bieden. Op schaaksite.nl is deze hakpartij (want dat is het wel) becommentarieerd door GM Reinderman die toch goed de denkfouten van een 1800 weet te begrijpen.

 

Stelling 1: Pa4 ... Pc5! Een monster is geboren, de a-lijn is verloren.
Stelling 2: Td4 en wit moet ruilen. De pion die op d4 komt is niet zo'n groot probleem omdat hij niet direct kan geslagen worden.
Stelling 3: Wit gaat rustig voor activiteit. De dame van zwart kan niet ingesloten worden. Pb5 werkt niet door cxb5 en ofwel loopt de dame weg, ofwel gaat ze eens een pionnetje snoepen op a2 waarna ze wegloopt. De loper van c4 kan niet alles tegelijk doen. Het gespeelde Pe4 geeft ook problemen, je verliest namelijk een stuk als zwart slaat en c3 staat gedekt door het paard waarna de kansen weg zijn. Andere zetten voor zwart na Pe4 zijn niet oke.

Categorie

Algemeen